In Stil de tijd neemt Joke J. Hermsen dit verschijnsel kritisch onder de loep. Vanuit het gedachtegoed van Henri Bergson, Ernst Bloch, Peter Sloterdijk en Emmanuel Levinas ontwikkelt zij een nieuwe visie op het fenomeen tijd, waarin zij een onderscheid aanbrengt tussen kloktijd en innerlijke tijd. Zij stelt belangrijke vragen als `Van wie is de tijd?' en `Bestaat er nog een persoonlijke tijd?' en legt haar oor te luisteren bij schrijvers en kunstenaars die deze innerlijke tijd in hun werk hebben proberen te verbeelden. Tegen de huidige tijdgeest in verkent zij het belang van rust, verveling, aandacht en wachten. Ervaringen die sinds de Oudheid als de belangrijkste voorwaarden voor het denken en de creativiteit werden beschouwd, maar die in het huidige economische tijdsgewricht op weinig waardering hoeven te rekenen. Ten slotte schetst Hermsen de politieke en sociale gevolgen van onze rusteloze en in meerdere opzichten op drift geraakte samenleving.