In Ballingen en Het strand zijn de vroege verhalen verzameld, waarin Pavese zich nog oefent in het verwoorden van zijn thematiek: weerstand te bieden tegen de eenzaamheid. In de verhalen van Stilte in augustus lijkt hij een remedie gevonden te hebben. Hij verheerlijkt het land van zijn jeugd en mythologiseert het. In de mythe vond Pavese uiteindelijk de sleutel om de overweldigende jeugdervaring, en de herinnering daaraan, haar willekeurigheid te ontnemen. De stof voor zijn volgende boek, Gesprekken met Leuco, ontleende hij aan de Griekse mythologie. Volgens Pavese konden de mythen 'in een paar lettergrepen uitdrukking geven aan een beknopt en veelomvattend gegeven, een essentie van werkelijkheid waardoor een heel samenspel van gevoelens, van menselijke condities, tot leven komt en een voedingsbodem vindt'. Dit boek, deze 'tweegesprekken tussen het goddelijke en het menselijke', was de schrijver zelf het dierbaarst. Het lag opengeslagen naast zijn hotelbed in de nacht van zijn zelfmoord, en hij had er zijn laatste woorden in geschreven: 'Ik vergeef iedereen en vraag iedereen vergiffenis. Zo goed? Klets niet te veel.'