Theo Thijssen, onderwijzer en volksman bij uitstek, werd geboren in Amsterdam 1879, uit een klein burgergezin in de Jordaan. In Kees de Jongen, een meesterlijk verhaal van een jongensleven in Amsterdam, heeft hij ons een deel van zijn jeugdervaringen geschonken. Een ander deel vindt men in Het taaie ongerief, waar het vermakelijke motief der kledingmisere aanleiding is tot een verrukkelijk herdenken van het leven in het oude Amsterdam, en van Thijssens eigen opklimmen langs kweekschool, hulponderwijzerschap enz. tot de rust van een bestaan, waarin kledingzorgen nog maar een kleine rol spelen. Gelukkig maar, want deze felle, edelmoedige natuur, had wel wat anders om zich druk over te maken. Een onderwijzer, die zijn hele leven lang een volksjongen is gebleven, heeft hij vooraan gestaan in de strijd voor arbeidsvernieuwing, en in het streven om het onderwijs op te heffen uit de afgrond van pedante weetjes.
Het kind ging Thijssen voor alles ter harte, en hiervoor heeft hij zijn leven lang gevochten, in zijn onderwijsartikelen, in zijn boeken, in de Amsterdamse gemeenteraad en in de Tweede Kamer.
