1960, New York. Rita Klein moet haar studie opgeven omdat ze zwanger raakt. Ze leert Jacob Nassy kennen, een Nederlandse man wiens moeder verdwenen is in de oorlog. Als Rita ontdekt dat de Jodenvervolging in Nederland werd georganiseerd met behulp van het soort Hollerith-computers waar ze op de universiteit mee gewerkt heeft, gaat ze op zoek naar informatie over Jacobs moeder.
1941, Den Haag. Cornelia Vogel werkt met de nieuwe Hollerith-computers, waarmee de nazi’s nauwkeurig alle Nederlandse inwoners registreren. Als ze beseft dat de volkstelling wordt gebruikt om Joden te vervolgen, zet ze alles op het spel om haar Joodse vriendin en geheime liefde Leah te helpen ontsnappen.
Voor deze aangrijpende roman vond Kim van Alkemade inspiratie in haar eigen familiegeschiedenis.