Het antwoord zou weleens kunnen liggen in het oorlogsverleden van de oude buurman, een drama en trauma te pijnlijk om niet verdrongen dan wel vervormd te worden. Om dat geheim te ontsluieren zet de verteller zijn eigen herinneringen, zijn fantasie en tekentalent ten volle in. Daarbij roept hij een haarscherp beeld op van een straat in Amsterdam-Zuid tijdens de naoorlogse wederopbouwjaren, van aardige en minder aardige buren en hun al dan niet verknipte kinderen. En van de herinneringen die menig buurtbewoner met zich meedraagt.
Van Paul Gellings (1953) verschenen bij Passage zes romans, twee verhalenbundels en een dichtbundel. Daarnaast vertaalde hij twee romans van Patrick Modiano in het Nederlands en stelde voor de Parijse uitgeverij Gallimard twee bloemlezingen van door hem in het Frans vertaalde gedichten van Rutger Kopland samen.