Het verhaal begint met een overzicht van de verovering en kolonisatie van
het Amerikaanse vasteland, verteld door de laatste mensen in een verre
toekomst. Het laat zien dat de ondergang van de grote indiaanse culturen
een onbedoeld en niet van buitenaf gestuurd proces was, dat zich kan
herhalen.
Wat de Europeanen een paar generaties later in Amerika aantroffen
waren grote onbewoonde gebieden en groepen veelal nomadisch levende
jagers-verzamelaars, die vóór die tijd ook al weinig contact hadden gehad
met de hen omringende hoge culturen. Een deel van deze nomaden had
de grote epidemieën na de landing van de eerste Europeanen overleefd.
De veroveraars van de Amerika `s zagen de weinige indianen die zij daar
aantroffen als lastige wilden en als een lager soort mensen die alleen maar
in de weg liepen en zich niet aan de Tien Geboden hielden. Ze waren
ongeschikt voor het werk en het werd betwijfeld of ze wel een ziel hadden.
Daarom mocht er ook op gejaagd worden.
De technische kennis en beschaving van deze Europeanen
ontwikkelde zich na die tijd in steeds sneller tempo en bereikte in volgende
eeuwen ongekende hoogten. Er ontwikkelden zich ook steeds meer
machines die bestuurd konden worden door automaten met kunstmatige
intelligentie. De computernetwerken werden zo ingewikkeld dat ze op de
duur door steeds minder mensen begrepen konden worden. Men verloor
het overzicht meer en meer. De mensen genoten van steeds meer welvaart
en vrije tijd en vonden dat ook wel goed zo. De oude geschiedenis van de
Amerikas herhaalde zich in de nieuwe tijd, maar op een ander wijze.
In dit verhaal is uitgewerkt hoe het deze mensen verder zou
kunnen vergaan. Plotseling vallen alle energievoorzieningen uit. Jagen
kan niet meer want door genetische veranderingen in de spijsvertering
zijn mensen niet meer in staat vlees te verteren en als ze al niet door
een pandemie omkomen, verhongeren zij. Slechts een kleine stam van
mensen die op andere wijze gemuteerd en tot een ander soort mensen
geworden, overleeft de ramp. Onder zware druk van buitenaf delen zij de
wereld opnieuw en geheel anders in. Ze doen alle moeite om nog een groot
deel van de vergaarde kennis uit het verleden te redden en weer op gang
te brengen zodat de menselijke evolutie op deze wereld niet onderbroken
wordt en voort kan gaan.
November 2007.
Monus Icks.
m.os11@chello.nl
Info www.monus-icks.nl
het Amerikaanse vasteland, verteld door de laatste mensen in een verre
toekomst. Het laat zien dat de ondergang van de grote indiaanse culturen
een onbedoeld en niet van buitenaf gestuurd proces was, dat zich kan
herhalen.
Wat de Europeanen een paar generaties later in Amerika aantroffen
waren grote onbewoonde gebieden en groepen veelal nomadisch levende
jagers-verzamelaars, die vóór die tijd ook al weinig contact hadden gehad
met de hen omringende hoge culturen. Een deel van deze nomaden had
de grote epidemieën na de landing van de eerste Europeanen overleefd.
De veroveraars van de Amerika `s zagen de weinige indianen die zij daar
aantroffen als lastige wilden en als een lager soort mensen die alleen maar
in de weg liepen en zich niet aan de Tien Geboden hielden. Ze waren
ongeschikt voor het werk en het werd betwijfeld of ze wel een ziel hadden.
Daarom mocht er ook op gejaagd worden.
De technische kennis en beschaving van deze Europeanen
ontwikkelde zich na die tijd in steeds sneller tempo en bereikte in volgende
eeuwen ongekende hoogten. Er ontwikkelden zich ook steeds meer
machines die bestuurd konden worden door automaten met kunstmatige
intelligentie. De computernetwerken werden zo ingewikkeld dat ze op de
duur door steeds minder mensen begrepen konden worden. Men verloor
het overzicht meer en meer. De mensen genoten van steeds meer welvaart
en vrije tijd en vonden dat ook wel goed zo. De oude geschiedenis van de
Amerikas herhaalde zich in de nieuwe tijd, maar op een ander wijze.
In dit verhaal is uitgewerkt hoe het deze mensen verder zou
kunnen vergaan. Plotseling vallen alle energievoorzieningen uit. Jagen
kan niet meer want door genetische veranderingen in de spijsvertering
zijn mensen niet meer in staat vlees te verteren en als ze al niet door
een pandemie omkomen, verhongeren zij. Slechts een kleine stam van
mensen die op andere wijze gemuteerd en tot een ander soort mensen
geworden, overleeft de ramp. Onder zware druk van buitenaf delen zij de
wereld opnieuw en geheel anders in. Ze doen alle moeite om nog een groot
deel van de vergaarde kennis uit het verleden te redden en weer op gang
te brengen zodat de menselijke evolutie op deze wereld niet onderbroken
wordt en voort kan gaan.
November 2007.
Monus Icks.
m.os11@chello.nl
Info www.monus-icks.nl