De moeder van Hielke en Sietse gaat een dagje naar de stad. Dat betekent dat de jongens het avondeten moeten bereiden: biefstuk, aardappelen en spinazie, hun favoriete maaltijd. Ze merken snel dat koken een stuk moeilijker is dan ze ooit hadden gedacht. Nee, dan varen ze toch liever met hun Kameleon over het meer. Als Gerben de hulp van de jongens inroept om voor boer Jellema een bok op te halen aan de andere kant van het meer, staan Hielke en Sietse meteen klaar. De bok heeft het niet zo bekeken op de boottocht, daar komt Gerben snel achter. Wanneer de tweeling helpt bij het uit elkaar slopen van een oude praam, ontdekt Sietse dat een onbekende man probeert een auto te vernielen. Een dag later gaan Hielke en Sietse samen met veldwachter Zwart op onderzoek uit en maken met de Kameleon jacht op de crimineel. Zal het drietal er in slagen de schurk achter slot en grendel te krijgen?