Vanaf zijn eerste proza in 1966 heeft Ton van Reen bijna onafgebroken aan de schrijftafel gezeten om zijn verhalen gestalte te geven. Soms ontsproten ze aan zijn fantasie, soms waren ze aan de werkelijkheid ontleend, maar altijd was zijn kijk op de samenleving erin terug te vinden. Ook zijn verhouding tot het katholieke milieu waarin hij opgroeide en zijn liefde voor Afrika klinken door in zijn werk.
Adri Gorissen, Rob Molin, Chrétien Breukers en Eric Lenders belichten in dit biografische boekje het leven en het werk van Van Reen.