alle mensen die in ons wonen willen werkelijk
worden, maar zijn zij dan niet stuk voor stuk
zwartgallige vlinders, die samenhokken
rond de vlammen in een borst
Moya De Feyter (1993) schrijft proza, poëzie en toneelteksten. Ze studeerde af als theaterwetenschapper en zoekt naar manieren om haar teksten ook via het podium bij een publiek te krijgen. Haar alter ego Ambrosia is een van de literaire lichtekooien in het Poëziebordeel. Het liefst bewandelt Moya de grenzen tussen waan en werkelijkheid, kroniek en sprookje, wreedheid en verlangen. In één kleine kamer komen zeemonsters, geliefden en grootmoeders voorbij, worden relaties beëindigd, kinderen zonder hoofd gebaard en snikjes
van mussen verzameld.