De schrijver van Portnoy's klacht legde in 1971 de nieuwe roman waaraan hij werkte terzijde om de felste en tegelijk grappigste satire te schrijven die een president ooit tijdens zijn leven te verwerken kreeg. Tricky, een selfmade juridisch genie en vredelievend Quaker, heeft het – op de hem eigen slinkse wijze – tot president van de VS gebracht. Hij is de literaire tweelingbroer van Molière's Tartuffe, een hypocriete opportunist wiens woordgebruik een mengsel is van slaapverwekkende clichés, zondagsschoolvroomheid en boerenslimheid.
Tricky Dixon en zijn vrienden bevat, naast de verhalende gedeelten, waarin Roth zich opnieuw een meesterverteller toont, persconferenties, interviews en een 'toespraak tot de natie' zoals alleen een Jonatha Swift – of Philip Roth – had kunnen bedenken, of uiteraard Tricky Dixon zelf...