De joodse Duitse literatuurwetenschapper Victor Klemperer (1881-1960) beschreef in zijn indrukwekkende dagboek Tot het bittere einde. Dagboeken 1933-1945 (in vertaling verschenen in 1997) hoe hij nazi-heerschappij, de jodenvervolging en het bombardement van Dresden overleefde. In Tussen de wal en het schip. Dagboeken 1945-1959 gaat Klemperer op dezelfde manier en niet minder indrukwekkend verder. Hij beschrijft het leven na de catastrofe: de wederopbouw van zijn persoonlijke leven en van de staat die om hem heen gestalte krijgt, de DDR. Uitvoerig, eerlijk en vaak humoristisch vertelt Klemperer hoe hij, de conservatieve liberaal van weleer, een overtuigd maar kritisch communist wordt en hoe zijn wetenschappelijke carrière laat tot bloei komt. Op het persoonlijke vlak spelen de dood van zijn eerste vrouw Eva en zijn tweede huwelijk met de studente Hadwig een belangrijke rol. Klemperer blijft in Tussen de wal en het schip net als in zijn eerdere dagboeken de helder formulerende kroniekschrijver en tegelijk de wetenschappelijke analyticus van zijn leven en van de hem omringende wereld.