burgers in Nederland het recht om hun stem uit te brengen.
Die mijlpaal had een lange voorgeschiedenis. In Nederland
vonden al in 1795 de eerste verkiezingen plaats voor een nationale volksvertegenwoordiging. Sindsdien werden discussies
gevoerd over de vraag wie er mocht kiezen, en waarom. Was
het kiesrecht een bevoegdheid die door de staat aan een deel
van de burgers werd gegeven om zo een volksvertegenwoordiging te kiezen? Of was het een grondrecht naast andere grondrechten als de vrijheid van godsdienst en de vrijheid van meningsuiting? Deze vragen leidden soms tot heftige debatten met als hoogtepunt de Kamerontbinding van 1894 waarin voor- en tegenstanders van uitgebreid kiesrecht tegenover elkaar stonden en verschillende politieke partijen uit elkaar vielen.
Ook na de invoering van het algemeen kiesrecht in de periode
1917-1919 verstomde het debat niet. Moesten buitenlanders
woonachtig in Nederland kiesrecht krijgen? Hoe laag moest de
leeftijdsgrens zijn en wie mocht er uitgesloten worden van dat
kiesrecht? Fleur de Beaufort is historicus en wetenschappelijk medewerker bij de TeldersStichting, de liberale denktank van Nederland. Zij publiceert onder andere over de geschiedenis en filosofie van het liberalisme.
Peter A.J. van den Berg is universitair hoofddocent aan de juridische faculteit van de Rijksuniversiteit Groningen. Hij publiceert onder andere over de ontwikkeling van het staatsburgerschap en de constitutionele geschiedenis.
Ron de Jong is onderzoeker bij de Kiesraad en historicus. Hij publiceert over verkiezingen, kiesrecht en politieke partijen.
Henk van der Kolk is universitair hoofddocent politicologie aan de Universiteit Twente. Hij doet onder meer onderzoek naar de totstandkoming en werking van kiesstelsels.
Patrick van Schie is historicus en directeur van de TeldersStichting. Hij publiceert vooral over de geschiedenis en theorie van het liberalisme.