Tussenstations beschrijft de tocht van de schrijver door Afghanistan, waar hij begin 2002 als eerste toerist het net bevrijde land doorkruiste. Het landschap bleek even grillig als de staat waarin het land verkeerde: gevangen tussen vijandige staten, strijdende facties en botsende ideologieën. Dankzij zijn kennis van de taal en de moslimcultuur, zijn inventiviteit en de hulp van vreemdelingen overleefde hij de gevaarlijke expeditie. Onderweg ontmoette hij helden en rovers, opperhoofden en kindsoldaten, Taliban-aanhangers en ontwikkelingsmedewerkers.
Tussenstations werd een wereldwijde bestseller en werd na verschijning door The New York Times benoemd tot een van de tien beste boeken van het jaar. Dit meesterwerk is een absoluut hoogtepunt uit de reisliteratuur.