Onbedoeld richtte Etty Hillesum er een monument mee op voor wat zich in dat kamp, op die halve vierkante kilometer op de Drentse hei, heeft afgespeeld.
Op zeldzaam indringende, af en toe zelfs poëtische wijze beschrijft zij het leven binnen de prikkeldraadomheining: dramatisch, kleurrijk, bitter, intens. En altijd onder de doem van de trein, die iedere dinsdag vertrok naar het oosten, naar een land waaruit iedereen vreesde nooit meer te zullen terugkeren.
Wie Hillesums brieven ooit las, vergeet ze nooit meer. Ze vormen een hoogtepunt binnen de literatuur die uit de Tweede Wereldoorlog is voortgekomen, en beschrijven tegelijk het dieptepunt binnen de Nederlandse geschiedenis: hoe honderdduizend joden via Westerbork naar hun ondergang werden geleid.
Wie in volle omvang dit menselijk drama wil doorleven moet Op transport lezen en wie het leest, is niet meer dezelfde.