Engeland, in de loop der eeuwen, een ongekende
wereldhegemoniale positie verwierf maar rond 1900
niet meer in staat bleek haar grote imperiale rijk in
stand te houden. Tezelfdertijd kwamen nieuwe
landen op, met name het Duitse keizerrijk, dat een
geduchte economische concurrent werd en het machtsevenwicht
in het nadeel van England verstoorde. Dit
bracht vooral tussen de jaren 1900-1914 veel politieke
spanningen met zich mee die tenslotte culmineerden
in de Eerste Wereldoorlog. De auteur zet een tot
nu toe onderbelicht beeld van de Engelse rol in de
moderne geschiedschrijving neer.
De neergang van Europa en vooral Engeland versnelde
zich door falende Brits-politieke besluitvorming ten
tijde van het opstellen van de vredesvoorwaarden in
1919 en de daaropvolgende periode.
Anton Kruft studeerde Bedrijfseconomie in de VS en later Geschiedenis
aan de Rijksuniversiteit Utrecht. Na een carri?re in het bedrijfsleven
was hij werkzaam als consultant voor internationale organisaties (VN,
EU en Wereldbank) voor projecten op het gebied van beleidsontwikkeling
en internationale handel van midden- en kleinbedrijven in ontwikkelingseconomie?n
(Azi?, Afrika, Zuid-Amerika en Midden-Oosten)
en economie?n in transitie (Centraal- en Oost Europa).
Na afsluiting van deze werkzaamheden heeft hij zich meer met
"geschiedenis" bezig gehouden. Binnen dit kader heeft hij een zesdelige
cursus Eerste Wereldoorlog opgezet voor de Volksuniversiteiten
in Nederland, geeft hij lezingen en is momenteel voorzitter van de
landelijke Stichting Studiecentrum Eerste Wereldoorlog.