Pas op voor Harris. Religiekritiek was een prettig tijdverdrijf, tot Harris op het podium verscheen. Deze glasheldere filosoof en nuchtere neuroloog zet een punt achter de tolerantie tegenover een primitief fenomeen dat een bron van kwaad en conflicten is: het geloof. In Van God los worden de absurditeiten van het geloof, van moslims, christenen, joden of hindoes zonder onderscheid, vergruizeld onder het felle, ontwapenende licht van de rede. Harris ziet met lede ogen dat religieuze motieven, al leiden ze tot de grootste catastrofen, het in onze wereld nog vaak winnen van onze verstandelijke overwegingen. Terwijl hij toont hoe georganiseerde religie weer meer en meer doordringt in de politiek en daarmee in ons dagelijks leven, schetst hij met inzichten ontleend aan de neurologie, filosofie en oosterse mystiek de contouren van een toekomst waarin spiritualiteit en ethiek op seculiere, moderne leest geschoeid zijn. Van God los is een boek voor vrije geesten.