`De zigeuners waren er, het huwelijksfeest kon beginnen! Vier dagen lang zouden ze het dorp tiranniseren met het rauwe rhytme van hun bezeten muziek, van zonsopgang tot het eerste hanenkraaien na middernacht. Hun trommels verkondigen de dageraad en hun klarinetten zingen de zon achterna, en elke avond spelen zij de daverende Kolo-muziek. En zonder pardon werd ik dadelijk meegetrokken in de reidans.