'De ultieme politieke decadentie,' noemde een Leidse hoogleraar het. Maar een Amerikaanse professor sprak van de eerste 'political party for non-humans in world history'. Twintig jaar later is het timbre van de Partij voor de Dieren tot diep in de melodie van het publieke debat doorgedrongen. Halvering van de 'veestapel' is niet langer taboe. Het besef dat economische groei het probleem is en niet de oplossing, is tot in de hoogste Colleges van Staat doorgedrongen. De schappen van de supermarkten bevatten meer vleesvervangers dan ooit. De binnensteden bieden steeds meer plantaardig horeca-aanbod, zelfs met Michelin-sterren. Tijdens VVD-congressen roepen JOVD'ers de kopstukken op om veehouders uit te kopen omdat ze 'liever een dak boven hun hoofd hebben dan een speklapje op hun bord.' Di boek vertelt het verhaal van vijf gedreven dierenactivisten die twee decennia geleden besloten dat ze de politiek in moesten. Inmiddels is het initiatief uitgegroeid tot een wereldwijde beweging van meer dan honderd activistische volksvertegenwoordigers, gesteund door tienduizenden betrokken leden, met vertakkingen in ruim twintig landen, die in alle denkbare fora de unieke boodschap van de Partij voor de Dieren uitdragen en zo elke dag opnieuw demonstreren dat invloed belangrijker is dan macht. Als de politiek het geduldig boren van dikke planken is, dan is de boor na twintig jaar diep in het hout doorgedrongen. Maar erdoorheen is hij nog niet. Met het verzet groeit de tegenmacht. Daarom is dit boek niet alleen een must-read voor iedereen die wil weten hoe het zo gekomen is, maar ook voor iedereen die wil weten wat je moet doen om vast te houden aan je idealen, hoe het groeiend verzet onstuitbaar wordt Hoe je in de politiek kunt zijn, zonder van de politiek te worden.