Kautokeino, Centraal Lapland, 10 januari.
Een poolavond, ijzige kou. Morgen komt de zon weer op, die veertig dagen lang verdwenen was in de poolnacht.
Een sjamanentrommel die na jaren verduisterd te zijn geweest weer terugkeert naar waar hij hoort, wordt gestolen. De verdenkingen gaan van de protestantse fundamentalisten tot de Samische separatisten. De dood van een rendierhouder maakt de zaken er niet gemakkelijker op. De Lap Klemet en zijn jonge teamgenoot Nina, die vers van de politieacademie komt, zijn van de rendierpolitie en storten zich in een verontrustend onderzoek. Maar in Kautokeino houdt men niet van onrust. Ze worden teruggestuurd naar de toendra, om de eeuwige vetes tussen rendierhouders te sussen.