‘Ik vertel op school over het slachthuis. Niemand wil het horen. Stadse mensen weten liever niet waar hun vlees vandaan komt, zegt mijn vader. Ze willen dat de natuur getemd wordt, inclusief haar wreedheid, zodat ze zich boven haar verheven kunnen voelen.’
De Rotterdamse schrijver Christian Jongeneel (1969) levert met ‘Venus in het gras’ een bijna achteloze meesterproef af. In kraakhelder proza neemt hij ons mee in het leven van Simone, die op een goede zomerochtend besluit naakt de boerderij van haar vader te ontvluchten. En vervolgens wordt opgepikt door een passerende automobiliste, die een grote rol in haar leven gaat spelen. Psychologisch drama waar je hart bij in je keel klopt.
Over Jongeneels debuut ‘Magda is overal’
‘Een internationale, Rotterdamse roman vol vertelkracht. Wie doet dit Jongeneel na?’ Abdelkader Benali, Libris-winnaar