In deze roman komt het verdronken dorp West-Vlieland weer tot leven. Het beschrijft de romance van een verboden liefde en schetst tegelijkertijd en realistisch beeld van harde leven op het eiland. Het verhaal speelt zich in de periode rond 1714 toen een deel van het dorp op West in zee verdween. In die tijd van schandpalen en speciale luikjes voor melaatsen raakt Marigje Dircksdochter zwanger, terwijl iedereen weet dat haar man al zeven jaar op zee wordt vermist. Dit is haar verhaal, ten dele gebaseerd op het onderzoek dat Vlielander Jan Houter en historicus Anne Doedens verrichten in de kerkboeken van het eiland. Een boeiend en aangrijpend verhaal waarin vriendschap en liefde uiteindelijk overwinnen.