Het bekendste boek van Frans Pointl (1933-2015) is De kip die over de soep vloog. De verhalen van deze ‘everseller’ staan in het geheugen van honderdduizenden lezers gebeiteld. Openhartig schreef Pointl over de moeizame relatie met zijn joodse moeder en het milieu waarin hij opgroeide. De verhalen spelen zich af tijdens de vooroorlogse jaren, tijdens de oorlog en kort daarna. Ze geven een indringend beeld van de toenmalige joodse gemeenschap in Amsterdam. Later publiceerde Pointl andere verhalen- en dichtbundels, waaronder Rijke mensen hebben moeilijke maten, De hospita’s, De aanraking, De Heer slaapt met watjes in zijn oren, De laatste kamer en Zonder rampspoed valt er niets te melden. Hierin deed hij verslag van zijn moeilijke omgang met zijn medemens, zoals zijn hospita’s en andere vrouwen. Hij schreef over zijn turbulente leven nadat hij als prozaschrijver was gedebuteerd. Hij noteerde zijn belevenissen als patiënt in het OLVG-ziekenhuis en later in het Sarphatihuis. En dat allemaal in zijn kenmerkende, schijnbaar eenvoudige, stijl. Nu zijn al zijn verhalen en gedichten voor het eerst gebundeld, aangevuld met vroeg, ongepubliceerd werk.