Met zijn tweede bundel bevestigt Idwer de la Parra eens te meer zijn eigenzinnige positie binnen de Nederlandstalige poëzie.
Dichterschap, dit verendek –
rukwind mort aan de pennen.
Ik wil ze kwijt maar durf ze
zelf niet neer te leggen.
Moeder, wat is er van mij
geworden? Een zingende kraai?
Toch ziek om al die lelijkheid
fraai te willen zeggen.