de mooiste natuurgedichten uit
de Nederlandse literatuur. De taal
in zijn gedichten is meesterlijk, de
vorm afwisselend en virtuoos. Toch
leefde hij in de 19e-eeuwse stad, plek
van industrialisering en grauwe
verstedelijking. Op vraag van het
Gezellearchief en Poëziecentrum
verkennen inleider GEERT BUELENS
en multitalent LIES VAN GASSE wat
Gezelles natuurlyriek verbindt met
onze leefwereld. Zo blijkt hij ons
ook in de 21e eeuw nog heel wat te
vertellen te hebben.
Hoe klassiek de gedichten van
Gezelle ook zijn, hun thematiek is
brandend actueel. In een ritmische,
muzikale en zingbare taal brengt hij
de natuur in beeld. Wat klein is, wordt
groot in zijn gedichten. Lies Van Gasse
gaat volop in dialoog met het werk
van Gezelle. Rondom een persoonlijke
selectie uit zijn gedichten weeft ze
een tekstloos graphic poem dat niet
alleen de gedichten illustreert, maar ze
ook van een nieuwe context voorziet.
Want had Gezelle vandaag de dag
geleefd, was hij dan een dichter geweest
of een ksa-leider, een klimaatactivist,
een vogelspotter?
De bundel is een coproductie met
het Guido Gezellearchief van de
Openbare Bibliotheek Brugge
naar aanleiding van het eigentijdse
belevingsplatform gezelle.be.