In de nasleep van de burgeroorlog eind achttiende eeuw waarin de patriotten zijn verslagen, vluchten velen naar Frankrijk. Cornelia en Severijn gaan naar de Nederlandse kolonie in Saint-Omer en trekken later naar Parijs. Daar begint de revolutie net en na de bestorming van de Bastille, in 1789, wordt de sfeer grimmiger. Severijn trekt zich het lot van het volk sterk aan en brengt daarmee zijn gezin in gevaar.