Als dochter van een kinderarts en een modieuze moeder groeide Margo Jefferson op in kringen van hoogopgeleide en welvarende zwarten in Chicago in tijden van segregatie – in wat zij 'Negerland' noemt.
Tegen de achtergrond van beslissende historische gebeurtenissen als de burgerrechtenbeweging, de opkomst van het feminisme en de schijn van een postraciale tijd, brengt Jefferson haar leven in kaart, dat werd getekend door psychologische en morele tegenstellingen in een zwarte middenklasse met ogenschijnlijke privileges.