Helaas zijn hij en ik allebei onomkeerbaar verdorven.
Ronan Cole zou mijn vijand moeten zijn, maar hij is een verslaving geworden die me langzaam maar zeker tot waanzin drijft. We trekken elkaar aan, stoten elkaar af, dagen elkaar uit en komen weer tot elkaar. Keer op keer.
Ik haat hem. Ik hou van hem. Ik kan hem wel vermoorden.
Geen enkele man heeft me ooit op deze monsterlijke manier lief gehad.
Samen zijn we niet te stoppen.
Maar wat gebeurt er als een van onze vijanden het waagt om achter ons aan te komen?
De jacht is altijd beter als de koningin net zo bloeddorstig is als haar koning.
En het einde van een liefdesverhaal is altijd duisterder als geen enkel karakter een pure ziel heeft.