Vurige liefde verhaalt en analyseert een door katholiek Nederland collectief aangehangen hersenschim of ‘fantasma’ waarin Janske Gorissen, een jonge vrouw, centraal staat en die zich in de jaren dertig en veertig van de twintigste eeuw in extreme mate met Jezus Christus identificeerde. Veel katholieken raakten ervan overtuigd dat wat zich met haar in het Brabantse dorpje Welberg afspeelde authentiek was en een betekenisvolle ‘genade’ voor de gehele wereld inhield. Janskes liefde en lijden, bloedige stigmatisaties, de wonderbare genezingen en de Maria- en Jezusverschijningen zouden daarvan het bewijs zijn. Het bloed kroop ook waar het niet gaan kon, waardoor de spirituele liefde in een lichamelijke eindigde. Overrompeld door deze niet eerder in Nederland geziene combinatie van wonderbaarlijke mystiek wierpen katholieken zich massaal aan haar voeten. De kerkelijke leiding liet het fenomeen betijen, maar ook uit de hand lopen. Kardinaal De Jong werd door het Vaticaan gedwongen ‘Welberg’ in de doofpot te stoppen. De affaire, het ingrijpen en de (on)waarheden brachten een trauma met zich mee dat nog altijd nadreunt. Peter Jan Margry kreeg als enige toegang tot het archiefmateriaal over deze dramatische en traumatische kwestie.
Peter Jan Margry is etnoloog en historicus. Hij is hoogleraar Europese etnologie aan de Universiteit van Amsterdam en senior onderzoeker bij het Meertens Instituut (KNAW).