Californië 1975. Een handjevol studenten trekt zich van tijd tot tijd terug in een afgelegen, vervallen huis om ongestoord drugs te gebruiken. Naar hartelust experimenteren ze met LSD en andere soorten geestverruimende middelen.
Onder invloed van een grote dosis Desert Rose, een zwaar psychedelicum, ontvoert de hoogbegaafde maar volstrekt amorele Quinn, de leider van het groepje, een vijfjarig Engels kereltje. Een weerloos kind, dat moet dienen als proefkonijn in een wetenschappelijk experiment. De gevolgen zijn verschrikkelijk. Zo erg, dat Quinn een hoge straf krijgt opgelegd. De anderen, hoewel medeplichtig, gaan vrijuit.
1995. Joni Lascelles, een jonge Engelse vrouw, reist naar Californië, waar Quinn, na een gevangenisstraf van twintig jaar, net vrij is gekomen. Ze weet in contact te komen met Paul, een van Quinns medeplichtigen van lang geleden. Paul, ooit een idealistische student, is in zijn hart nog steeds een hippie met een groot gevoel voor rechtvaardigheid.
Dan begint Joni vragen te stellen over het verleden. Aanvankelijk voelt Paul er weinig voor opnieuw betrokken te raken bij iets wat met die vreselijke periode uit zijn verleden te maken heeft. Totdat Quinn, ook nu nog een even grote kwelgeest als vroeger, hem geen keus meer laat.
De gruwelijke waarheid komt aan het licht. Schoksgewijs, tergend langzaam, maar wel genadeloos en angstaanjagend...