Als een rode draad mij zou verbinden met alle generaties voor en na mij, dan zou die op dit moment alleen bestaan uit een klein, rood puntje. Een eenzaam stipje in de eeuwigheid. Een enkele noot op een verder lege partituur.
Een jonge vrouw studeert af aan het conservatorium zonder daarna ooit nog een noot te zingen. Wanneer haar buurvrouw op een dag vraagt waarom ze niet meer zingt, begint ze aan een zoektocht. Die brengt de voormalige zangeres naar een overvolle zolder en langs verschillende tijden die aan haar verbonden zijn. Naar haar conservatoriumstudie en het overlijden van haar ouders, maar ook naar verder terug, toen haar ouders in dit land onder heel andere omstandigheden leefden. En naar de tijd van haar voorouders, nog langer geleden, in een ander land maar met vergelijkbare verhalen. Verhalen over muziek, verlies, jodendom, rouw en schaamte.
Waar gezongen wordt is de intieme zoektocht van een zangeres naar haar verleden, haar familiegeschiedenis en identiteit, maar bovenal naar haar eigen stem.