1942. Lotti groeit op in Nederlands-Indië. Wanneer Japan Nederlands-Indië bezet en Lotti met haar moeder naar een kamp moet, raakt ze alles kwijt: haar huis, haar baboe, haar hondje. Maar de mooie verhalen van haar baboe kan niemand haar afpakken. Die zitten voor altijd in haar hoofd en geven haar kracht en fantasie om te overleven.
Martine Letterie baseerde Waarom de maan verdwijnt op ervaringen van overlevenden. Ze sprak onder meer met Tonke Dragt over haar jeugdherinneringen. Net als in Kinderen met een ster en Verboden te vliegen beschrijft ze een oorlog door de ogen van een kind, en de kracht van kinderen om zelfs in de moeilijkste situatie een lichtpuntje te vinden.