De wereld en de samenleving evolueren steeds sneller. Dat is een meevaller voor wie fit en sterk is, en snedig kan reageren. Maar bij velen leeft het gevoel dat het heel vlug gaat, en dat morgen slechter zou kunnen zijn dan vandaag. In Wat ik ervan begrijp beschrijft Koen Geens hoe hij die evolutie aanvoelt, welke ankerpunten hij vindt om angst en onzekerheid in zijn eigen denken en handelen te vermijden. De zoektocht naar die handvatten is in alle tijden dezelfde. Zoals steeds is de vraag niet of er iets verandert, maar wanneer en hoe. Toch is er een fundamenteel verschil. Onze zekerheden en onze levenskwaliteit hangen steeds meer af van onze samenwerking en verstandhouding met anderen. Of het nu gaat om onze verwachtingen over werk, onze worsteling met de uitdaging van leven en dood of onze dromen over geluk. Wij willen trouwens niet alleen meer overleven, maar goed leven. Precies daarom moeten we oog hebben en zorg dragen voor de ander. Dat nieuwe paradigma geldt niet enkel voor mensen, maar ook voor landen en continenten.