Uitgave van de Master-opleiding Redacteur/Editor, jaar 2019-2020.
‘Wat ik maak, dat ben ik’, zei Harry Mulisch eens. ‘Maken’ was voor hem een breed begrip: ook bij de rest van het uitgeefproces was Mulisch nauw betrokken. Zo redigeerde hij steevast zijn eigen teksten en correspondeerde hij intensief met zijn redacteur over de flaptekst. Tien jaar na zijn dood beschrijven de auteurs van deze bundel het schrijf- en uitgeefproces van elf van Mulisch’ werken, aan de hand van archiefmateriaal uit zijn literaire nalatenschap. Deze bundel, die ook bijdragen bevat van Mulisch-kenners Marita Mathijsen, Robbert Ammerlaan en Arnold Heumakers, biedt een unieke kijk in het schrijverschap van een van Nederlands grootste naoorlogse schrijvers.