Leipzig. Zomer. Het einde van het semester aan de universiteit en de start van het wk voetbal. Een nachtelijk tuinfeest bij vrienden, waar iedereen te veel drinkt. De volgende dag zegt Anna dat zij verkracht is. Jonas zegt dat het in onderlinge overeenstemming is gebeurd. Zij beweert. Hij beweert. Het gaat steeds slechter met Anna, tot zij op een familiediner opeens in elkaar stort. Na maanden van twijfel en groeiende wanhoop besluit ze uiteindelijk aangifte te doen, maar tot opluchting leidt het niet. In hun vriendenkring doen verhalen over een valse beschuldiging de ronde. En ook Jonas begint de consequenties te voelen. Hij is gekwetst en verbaasd als hij op een dag uitgesloten wordt van een linkse cultuurclub, waar hij al jaren lid van is. De club laat weten niet medeplichtig te willen zijn aan een mogelijk geval van rape culture. De geloofwaardigheid van Jonas én van Anna staat op het spel. In krachtige zinnen en zonder te oordelen zet Bettina Wilpert de twee perspectieven tegenover elkaar. Op geraffineerde wijze wordt de lezer als luisterende derde onderdeel van het verhaal, en moet zo tot een eigen conclusie komen. Wat ons overkomt laat zien welke invloed een vermeende verkrachting heeft op het slachtoffer, de dader en op hun omgeving, en hoe de maatschappij omgaat met seksueel geweld. De roman manoeuvreert tussen waarheid en werkelijkheid, weten en vermoeden,en alle grijstinten ertussen. Bettina Wilpert levert zo een genuanceerde bijdrage aan een verhit debat. ‘Dat vraagt naast een meesterlijke verteltechniek ook om veel literaire intelligentie.’ – Die Zeit