Over de oude houten vloer in het Amsterdamse appartement heeft Luís Sol modieus hoogpolig tapijt gelegd, hij heeft de muren wit geverfd en designmeubels aangeschaft. Luís is begin dertig en werkt als afwasser in een bagelshop. Hij is van de Noord-Hollandse polder naar de hoofdstad verhuisd en is in de woning van zijn moeder getrokken, tot onvrede van zijn chique onderbuurvrouw Estelle.
Op een dag staat er een welbespraakte Britse heer voor de deur, die zich voorstelt als William Rose. Hij is in dit huis geboren en wil er graag even rondkijken. Maar William blijkt niet van plan nog te vertrekken en meent recht te hebben op het appartement. Zo breekt er in het appartement in Amsterdam-Zuid een miniatuur-oorlog uit. De indringer vindt een bondgenoot in Estelle. Luís zelf wint advies in bij een anarchistische advocaat die gespecialiseerd is in kosmisch ruimterecht. Op zoek naar bewijs dat het appartement daadwerkelijk van zijn moeder was, ontdekt Luís de verontrustende waarheid.
Als het conflict tot een uitbarsting komt, moeten Luís en zijn bezoeker besluiten wat echt van hen is en hoever ze willen gaan om dat te verdedigen. Wat van mij is is een hilarisch en diepgaand verhaal over cultuur- en klasseverschillen, toe-eigening en bezit, rechtmatigheid en rechtvaardigheid.