Victoria Bradshaw was achttien, verlegen en kwetsbaar, toen zij haar hart verloor aan de charmante, onvoorspelbare toneelschrijver Oliver Dobbs. Even plotseling als hij toen uit haar leven verdween, staat hij nu - drie jaar later - voor haar deur. Maar hij is niet alleen; op zijn arm draagt hij zijn tweejarig zoontje Thomas. Hoewel Victoria wijzer en zelfstandiger is geworden, kan zij wederom geen weerstand bieden aan Olivers sensuele charme. Ze reizen naar Schotland, naar het landhuis van de Dunbeaths, volgens Oliver 'om het lente te zien worden.' Maar voor Victoria wordt het een reis vol emotionele ontdekkingen; haar warme liefde voor de kleine Thomas, de voorzichtige twijfel aan haar gevoelens voor Oliver, de intense verbondenheid met het Schotse landschap, en haar groeiende genegenheid voor de evenwichtige John Dunbeath.