Als de sneeuw eens niet over de velden jaagt, kun je de bewoners horen: de roep van de sneeuwuil, de krakende knietjes van het rendier, het zingen van de beloega, het gebrul van de zuidelijke zeeolifant en het geschuifel van de keizerspinguïn.
Maar als je de reis naar deze winterdieren te lang en te koud vindt, kun je dit boek lekker bij de kachel lezen.