'Wij zijn drie weken met vakantie. Het huis is afgesloten. In deze envelop zit een treinkaartje. Neem de trein naar het Winterhuis Hotel.'
Bij de achterdeur vindt Elizabeth dit briefje, met in een plastic tas één set schone kleren en wat kleingeld. Noodgedwongen vertrekt ze, in haar eentje. En dan vindt ze een weelderig hotel, een familiegeheim, een verboden boek vol raadsels, alles onder een sluier van magie. Even lijkt het een paradijs, maar een paradijs met een vloek, die misschien alleen Elizabeth kan opheffen. Áls ze op tijd dat ene boek vindt en de raadsels weet op te lossen…