De echtgenote van universitair docent Kuipers, Alexia, krijgt plotseling last van nachtmerries en slapeloze nachten. Haar echtgenoot raadt haar aan in therapie te gaan. Maar haar therapeute merkt al na een aantal pogingen dat ze haar niet kan helpen.
Ze blijkt bepaalde traumatische gebeurtenissen uit de tijd dat zij en haar huidige echtgenoot actief lid waren van een geheim genootschap, en samen aan een nieuwe opleiding waren begonnen, elke nacht te herbeleven. Die traumatische ervaringen heeft ze kennelijk nooit verwerkt. Omdat geen enkele therapie aanslaat, adviseert haar therapeute haar de gebeurtenissen die ze ’s nachts herbeleeft, van zich af te schrijven. Daarmee kan ze volgens haar therapeute haar subjectieve angsten objectiveren door ze te projecteren op de personages die ze in haar verhaal in het leven roept, en de avonturen die ze hebben beleefd.
Na enige aarzeling besluit Alexia het advies van de therapeute op te volgen en verwerkt ze haar nachtmerries in een spannend – en hier en daar bizar, gruwelijk, maar soms ook ontroerend – verslag van de gebeurtenissen die zij en haar partner destijds hebben meegemaakt. Het verleden (het oeroude genootschap waar ze beiden lid van waren) en het heden (de maatschappijkritische opleiding die ze volgden) komen daarin samen in een tijdsgeest die de hele samenleving van die tijd danig heeft opgeschud. En die ook voor henzelf persoonlijk verstrekkende gevolgen heeft gehad.
Maar of deze therapeutische noodgreep de gewenste uitwerking zal hebben? Dat is volgens haar psychologe maar helemaal de vraag.
Ze blijkt bepaalde traumatische gebeurtenissen uit de tijd dat zij en haar huidige echtgenoot actief lid waren van een geheim genootschap, en samen aan een nieuwe opleiding waren begonnen, elke nacht te herbeleven. Die traumatische ervaringen heeft ze kennelijk nooit verwerkt. Omdat geen enkele therapie aanslaat, adviseert haar therapeute haar de gebeurtenissen die ze ’s nachts herbeleeft, van zich af te schrijven. Daarmee kan ze volgens haar therapeute haar subjectieve angsten objectiveren door ze te projecteren op de personages die ze in haar verhaal in het leven roept, en de avonturen die ze hebben beleefd.
Na enige aarzeling besluit Alexia het advies van de therapeute op te volgen en verwerkt ze haar nachtmerries in een spannend – en hier en daar bizar, gruwelijk, maar soms ook ontroerend – verslag van de gebeurtenissen die zij en haar partner destijds hebben meegemaakt. Het verleden (het oeroude genootschap waar ze beiden lid van waren) en het heden (de maatschappijkritische opleiding die ze volgden) komen daarin samen in een tijdsgeest die de hele samenleving van die tijd danig heeft opgeschud. En die ook voor henzelf persoonlijk verstrekkende gevolgen heeft gehad.
Maar of deze therapeutische noodgreep de gewenste uitwerking zal hebben? Dat is volgens haar psychologe maar helemaal de vraag.