‘Ik ben nooit jaloers geweest op een echtgenoot of een echtgenote, tot ik Eleanor leerde kennen. Vanaf dat moment zou ik alles wat ik ooit had gehad, ieder ritje in een limousine, ieder naakt zwempartijtje, iedere naamsvermelding of onbezorgde wandeling, hebben geruild voor wat Franklin had, de polio incluis.’
Lorena Hickok ontmoet Eleanor Roosevelt in 1932 als verslaggeefster van Franklin Roosevelts eerste verkiezingscampagne. ‘Hick’, zoals haar vrienden haar noemen, is in gruwelijke armoede opgegroeid in South Dakota en heeft zich opgewerkt tot belangrijkste vrouwelijke journaliste in Amerika. In eerste instantie moet ze weinig hebben van de idealistische Eleanor, die uit een gegoed milieu komt. Toch bloeit er een grote passie op, die bestand blijkt tegen de jaren. Hick neemt zelfs haar intrek in het Witte Huis, haar status als ‘first friend’ is daar publiek geheim, net als het bestaan van meerdere minnaressen van FDR. Nu ze niet meer als journalist kan werken, treedt ze toe tot de presidentiële staf. Hick leert FDR kennen als een geweldige president, een gewiekste rivaal en een onweerstaanbare vriend, iemand die zelfs tot ver na zijn dood levens blijft beïnvloeden.
De band tussen Hick en Eleanor doorstaat alle krachten die op hen inwerken. Terwijl Hick groeit, als schrijver en als mens, verliest ze nooit de liefde van haar leven uit het oog. Een elegante en lyrische roman, die vele kanten van Amerika en van de liefde laat zien.
‘Een opmerkelijk intieme en tegelijk informatieve roman over de geheime en scandaleuze liefde van Eleanor Roosevelt.’ – Joyce Carol Oates