Winnaar Sándor Márai-prijs
De elfjarige Djata weet niet waarom twee mannen van de Nationale Veiligheidsdienst op een dag zijn vader hebben meegenomen. Hij begrijpt ook niet waarom zijn moeder in huilen uitbarst als hij haar op haar verjaardag een bos tulpen geeft. Wel weet hij dat hij moet leren de rol van zijn vader op een gegeven moment over te nemen. Tot die tijd leeft hij een jongensleven vol ondeugende avonturen. Hij speelt oorlogje in een brandend tarweveld, zoekt goud in verlaten mijnen, kijkt stiekem naar pornofilms in een achterkamertje van de bioscoop, en probeert een computer te verslaan met een partij schaak. Zijn opstandige jeugd wordt gekenmerkt door de permanente afwezigheid van zijn vader ¿ en de aanhoudende onderdrukking van het leven in een totalitaire staat.
De witte koning is een indringende, zwaarmoedige maar ook humoristische schets van een jeugd achter het IJzeren Gordijn, waarmee een verbluffende nieuwe stem in de hedendaagse literatuur wordt geïntroduceerd.
De witte koning zal in twintig landen tegelijk verschijnen: de Verenigde Staten, Engeland, Duitsland, Frankrijk, Italië, Israël, Finland, Zweden, Noorwegen, Denemarken, Polen, Griekenland, Slovenië, Bulgarije, Slowakije, Kroatië, Servië, Spanje en Roemenië.