In Zeven meter onder water verhaalt Marieke Groen over drie zussen, jonge vrouwen van deze tijd, die in de jaren zeventig zijn opgevoed door hun Bewust Ongehuwde Moeder. Alledrie hebben ze een vaderfiguur gemist, en de moeder - met haar hippie-idealen en feminisme - heeft dit nauwelijks kunnen compenseren. De jongste dochter, verwekt met behulp van een anonieme spermadonor, begint een zoektocht naar haar vader.