Aan de hand van negentien versjes vertelt dit boek op een overrompelende manier de geschiedenis van een Joods meisje in Nederland tijdens de oorlog
Tijdens de Tweede Wereldoorlog wordt Alida (Alie) Lopes Dias twaalf jaar en voor haar verjaardag krijgt ze een poeziëalbum. Alie is Joods en aan het begin van het nieuwe schooljaar in 1941 moet ze net als alle andere Joodse kinderen naar een Joodse school. Terwijl het net zich rond hen begint te sluiten, gaat het dagelijks leven door en Alie laat al haar vriendinnetjes in haar album schrijven. Het laatste gedichtje wordt eind 1942 opgeschreven. In het voorjaar van 1943 worden Alie en haar moeder zelf van huis gehaald en naar Kamp Vught gebracht om van daaruit gedeporteerd te worden naar Sobibor. Van de negentien meisjes die in het album hebben geschreven, overleefden er maar zes de oorlog. Alies zus Gretha overleefde en gaf het poeziëalbum tegen het einde van haar leven aan de stiefvader van Claudia Carli, een goede vriend van Gretha. Hij gaf het album aan Claudia.
Zoo lang ik hoop te leven is het verhaal van Alida, haar gezin en haar vriendinnen. En het is een verhaal over liefde, onderdrukking en het hartverscheurende noodlot dat samenkomt in een poeziëalbum.