Saoedi–Arabië in de jaren tachtig: de olieprijzen reiken tot in de hemel. Frances Shore en haar echtgenoot Andrew – voor veel geld aangetrokken voor een groots bouwproject – betrekken in Jeddah een appartement buiten de expat-compound. Meteen wordt duidelijk hoezeer de situatie en de ultraconservatieve, islamitische mores van het land invloed hebben op Frances’ leven. Behalve wat incidentele contacten met een paar vrouwen in het gebouw is ze afgesneden van werk, sociale contacten en haar vrijheid buitenshuis. Af en toe ongestoord boven op het dak staan en over de stad uitkijken is het hoogst haalbare. Het maakt haar hypergevoelig en paranoïde, de voortdurende beklemming van haar leven is bijna tastbaar en creëert scheuren in hun huwelijk. Bovendien bestaan er in deze claustrofobische omstandigheden amper mogelijkheden om de muur van vooroordelen over westerlingen te doorbreken. Behalve een intiem portret van een vrouw en een huwelijk is Acht maanden in Gazastraat achtentwintig jaar later onverminderd actueel.