Wat doet het met je herinneringen als je pas op oudere leeftijd te horen krijgt dat je een andere biologische vader hebt dan je altijd dacht? Wat gebeurt er in je geheugen als aan het licht komt dat je bent bedrogen door een geliefde en het tot je doordringt dat het bedrog al een tijd gaande is? Wat verandert er in je herinneringen aan een vriend of een dierbare als later blijkt dat deze een ernstig delict heeft gepleegd? Sommige ervaringen zijn zo ingrijpend dat ze je niet alleen een andere toekomst geven, maar ook een ander verleden. Wat je pas op latere leeftijd begrijpt of te weten komt kan een levensverhaal van het ene moment op het andere van gedaante laten veranderen, als een kussen dat een stomp krijgt om het een passende vorm te geven. Wat heeft al dat herschrijven en herzien te betekenen voor de betrouwbaarheid van onze herinneringen? En gáát het wel om die betrouwbaarheid? Kunnen herinneringen elkaar op verschillende momenten in je leven tegenspreken en toch beide waar zijn?