Fitz heeft zijn eerste gevaarlijke missie als moordenaar des konings maar net overleefd. Verslagen en bitter zweert hij zijn eed aan koning Vlijm te verbreken. Maar liefde en andere dringende zaken doen hem toch terugkeren naar de Hertenhorst, waarna hij terechtkomt in een dodelijke intrige van de koninklijke familie. De Rode Kapers beginnen ondertussen met nieuwe, dodelijke aanvallen aan de kust en laten afgebrande dorpen en krankzinnige slachtoffers achter. Maar het koninkrijk wordt ook van binnenuit aangevallen: verraders bedreigen de troon van de zieke koning. In deze tijden van nood ligt het lot van het koninkrijk in de handen van Fitz – en zijn rol in de redding van het rijk zou wel eens het ultieme offer kunnen worden.