Zodra de maand december naderde, repte Lisette Lewin zich doorgaans naar een reisbureau, om de Hollandse feestdagen niet bij de televisie te hoeven doorbrengen. Maar helaas bleken de feestelijkheden ook in den vreemde nergens te ontlopen. Toen ze op 5 december in Paramaribo landde, paradeerde daar in vol ornaat een zwarte Sinterklaas. En ook het kerstfeest zorgde voor smartelijke ervaringen. Zoals die keer dat ze op Curaçao op een parkeerplaats moest dineren – alle restaurants waren volgeboekt.
Dankzij haar sprankelend schrijftalent en oog voor detail leveren Lisette Lewins buitenlandse expedities altijd weer bijzondere verhalen op. Deze bundel, een vervolg op het in 1999 verschenen Verliezers op zee, bevat voornamelijk fictieve maar ook historische schetsen en, enigszins verhuld, taferelen uit de eigen familiegeschiedenis. De verhalen werden, op één na, tussen 2001 en 2012 gepubliceerd in literaire tijdschriften en in bibliofiele uitgaven. Deze bundel brengt de lezer behalve naar het achttiende-eeuwse Suriname ook naar Curaçao, New York, Indonesië, Cambodja en Haarlem.