In Een droomjeugd beschrijft Catherine Millet haar kindertijd, in een poging te begrijpen hoe ze iemand is geworden die voortdurend exact onder woorden wil brengen wat ze ziet, gedreven door een volkomen onbevooroordeelde nieuwsgierigheid.
Millet is opgegroeid met ouders die dagelijks ruziemaakten, en die omgeving van geestelijk geweld heeft haar voor het leven gevormd. Ze bekeek de mensen om haar heen van een afstand, en ontwikkelde al jong het vermogen om aandachtig en met oog voor detail haar omgeving te observeren.
In dezelfde zorgvuldige en intelligente stijl waarin ze eerder schreef over haar seksuele leven en haar jaloezie, schrijft Millet in Een droomjeugd over haar jeugd en hoe die haar latere perceptie heeft bepaald. Het is het coming-of-age-verhaal van een vrijgevochten vrouw, maar ook een universeel herkenbaar boek over de manier waarop een persoonlijkheid wordt gevormd.