Châteauroux, aan het einde van de jaren vijftig. Pierre en Rachel beleven een korte maar intense affaire. Rachel, die bij de sociale zekerheid werkt, is gefascineerd door de erudiete Pierre, die uit een gegoede familie komt. Hij weigert met haar te trouwen, maar ze krijgen wel een kind. De moederliefde wordt voor Rachel en de kleine Christine de basis van een gelukkig leven. Pierre ziet zijn dochter sporadisch. Jaren later ontdekt Rachel dat hij Christine verkrachtte, wat een grote schok voor haar is. Schuldgevoelens komen geleidelijk aan tussen moeder en dochter te staan. Christine Angot legt een van de meest complexe relaties bloot, die tussen onvoorwaardelijke moederliefde en wrok. Zonder enig compromis beschrijft ze een sociale en amoureuze oorlog, en schetst ze het leven van een vrouw die wordt verscheurd door haar zonde: de passie voor een man die uiteindelijk alles zal vernietigen wat zij heeft opgebouwd.