Rome, 1957. Het leek zo mooi: zes nationale staten, Italië, Frankrijk, de Bondsrepubliek Duitsland, België, Nederland en Luxemburg, kwamen overeen samen op weg te gaan naar 'een steeds hechter verbond tussen de volkeren van Europa'. Nu, ruim een halve eeuw later, is de liefde voor een verenigd Europa in de inmiddels 28 lidstaten van de Europese Unie danig bekoeld. De economische crisis en het debacle met de Grieken heeft de grenzen van de politieke wil pijnlijk aan het licht gebracht. De Engelse premier David Cameron gruwt van an ever closer union, en hij is niet de enige. Velen zien de Europese Unie liefst teruggedraaid tot een vrijhandelszone. Toch is de Europese Unie meer dan een interne markt met een vrij verkeer van goederen en diensten. Zij vormt voor alles een gemeenschap van waarden: vrijheid, gelijkheid, broederschap. Het zijn idealen die werden gestempeld met het bloed van de Franse revolutie. Geen van de volkeren van Europa heeft zijn identiteit verkregen zonder gewapende strijd. Oorlog heeft aan de wieg gestaan van elke natie, en de sporen daarvan zijn nog altijd terug te vinden in kunst en literatuur. Toch werd de vijand in de loop van de eeuwen door uitwisseling van waarden en ideeën ook vaak een bondgenoot. Dit boek beschrijft de oorsprong en geschiedenis van het geheimzinnige Europa, en houdt ons een spiegel voor met de gevaren van het verdwijnen van onze verbondenheid.